Voorjaarskrant
Animerende publicatie
Graag iets uitproberen? Vraag gratis proefmaterialen aan!
Voorjaarskrant Goed voorbereid het nieuwe schooljaar in!
Scan de QR code
Ervarend en ontdekkend leren met Kids Learning
Voor je ligt onze voorjaarskrant, vol met materialen voor groep 1 t/m 8. De materialen zijn uitermate geschikt voor de traditioneel vernieuwingsscholen, of scholen met een moderne kijk op leren. Kids Learning gaat ervan uit dat kinderen leren door ontdekken en ervaren. Voor (begrijpend) lezen, wereldoriëntatie en rekenen staan we voor geïntegreerd, thematisch onderwijs. Werken vanuit leerdoelen staat bij ons centraal, inzetbaar binnen je eigen visie. Door de variatie in werkvormen, wordt leren vanzelf leuker! Met behulp van de portal van Onlineklas maken we de koppeling tussen fysieke en digitale materialen. Hierdoor bieden we structuur en zijn de lessen erg toegankelijk voor zowel de leerkracht als leerlingen.
Veel lees- en kijkplezier!
In deze krant vind je materialen voor:
• Rekenen • Kleuteronderwijs
• Zaakvakken • Geschiedenis • Techniek • Begrijpend lezen • Extra oefenmateriaal
Complete methodiek: LDO Rekenen De rekenmethodiek die óók geschikt is voor combinatiegroepen
LDO • REKENEN
Jaargroepoverstijgend werken aan rekenen? Echt aansluiten bij het niveau van de kinderen uit jouw groep? Een traditionele rekenmethode loslaten en toch werken met goede structuur? Dat kan met LDO rekenen!
Moeilijk om los te komen van vaste structuren? Leerkrachten gaan van instructie naar instructie en hebben niet het gevoel dat ze alle kinderen in de groep op een juiste manier bereiken. Rekenen wordt frustrerend voor zwakke rekenaars en saai voor de sterke rekenaars. Op scholen die vanuit visie met heterogene groepen werken past een rekenmethode maar zelden bij de visie van de school.
Rekenonderwijs kan anders, ga thematisch rekenen. LDO Rekenen gaat uit van thematisch onderwijs. Dit betekent dat de hele groep aan maar één rekenthema tegelijk werkt. Hierdoor heb je meer tijd om je te verdiepen in een thema. Zwakke rekenaars hebben meer tijd om te werken aan de basisstrategieën. Sterker rekenaars vinden uitdaging in de moeilijkere doelen. LDO Rekenen geeft structuur, ritme en rust, maar geeft de leerkracht en kinderen ook vrijheid om zelf keuzes te maken.
Kortom, met LDO Rekenen lukt het om weer ruimte te hebben om het rekenonderwijs te laten aansluiten bij wat er leeft bij jou in de groep. Rekenen wordt betekenisvol!
Het rekenconcept van ‘Denken in Doelen’ wat al voor vele scholen werkt!
Voordelen van thematisch rekenen
Zichtbare leerdoelen De doelen hangen op grote posters in de groep.
3-jarige groepen
2-jarige groepen
Samenwerking Kinderen van verschillende leeftijden werken allemaal aan hetzelfde thema. Hierdoor ontstaat er veel samenwerking. Óók voor combinatiegroepen LDO Rekenen is geschikt voor scholen die werken met heterogene groepen. Maar ook reguliere scholen kunnen ermee werken want in iedere groep zijn er niveauverschillen te vinden. Doelgerichte voorbereiding Je bereidt maar één thema tegelijk voor, dit zorgt voor overzicht en verdieping. Je leert de leerlijnen goed kennen. Rekenen op maat binnen kaders Tijdens zelfstandig werken houd je overzicht. Iedereen werkt aan hetzelfde thema en kan hier binnen kiezen voor zijn eigen doelen.
Thema’s per groep
Groep 6/7/8
Groep 3/4/5
Groep 1/2 • • • • • • • • • • • • • • Groep 5/6 Groep 3/4 Groep 7/8 Groep 1/2
Getalbegrip
Getalbewerking
•
• •
Vermenigvuldigen en verdelen
• • •
Kommagetallen
• •
Breuken
Verhoudingen en procenten Geld (en kommagetallen) Tijd (tabellen en grafieken)
• • •
• • •
• • • • • • • • • • • • • •
Meten
• •
• • •
Automatiseren
Automatiseren is het routinematig uitvoeren van rekenhandelingen. Daarom loopt deze leerlijn van groep 3 t/m 8, naast elk thema!
2
De doorlopende leerlijn is op deze posters goed te zien.
Materialen bij LDO Rekenen
Groep 3/4/5
Groep 6/7/8
Doelenposters Bij elk thema zijn doelenposters ontwikkeld. Op deze posters staan de leerdoelen die horen bij het thema en bij de groep. De doelen zijn beschreven in voor kinderen begrijpelijke taal. Alle doelen vanaf groep 3 hebben een unieke naam, bijvoorbeeld Begrip-A en Geld-C. De doelen staan in alfabetische volgorde en lopen op in moeilijkheid. Op de posters van alle jaargroepen vind je een overlap in de doelen. Zo kunnen zwakke en sterke rekenaars toch werken binnen de eigen groep.
Groep 3/4/5
Getalbegrip
Groep 6/7/8
B Begrip A Begrip C Begrip D Begrip E Begrip F Begrip G Begrip H Begrip I Begrip J Begrip K Begrip L Begrip
Ik kan hoeveelheden tellen tot 10, door zelf te ordenen. Ik tel zes snoepjes en zoek het getal 6 erbij. Ik kan getallen tot 10 uitspreken en schrijven.
Getalbegrip
Ik kan getallen tot 1000 schrijven in een schema, plaatsen op de getallenlijn en uitspreken. Ik ken de waarde van de cijfers in het getal. Ik schrijf het getal 189 in een H-T-E schema. Het getal 9 staat onder de ‘E’. Ik kan doortellen en terugtellen met stappen van 10 en 100 vanaf een willekeurig getal. Ik tel met sprongen van 10 > 516 - 526 - 536 - 546. Ik kan getallen tot 10.000 uitspreken, schrijven en plaatsen op de (lege) getallenlijn. Ik weet dat 5.600 iets dichter bij de 6.000 ligt dan bij de 5.000. Ik kan getallen tot 100.000 uitspreken, schrijven en plaatsen op de (lege) getallenlijn. Ik weet dat ik 78.500 kan uitspreken als achtenzeventigduizend vijfhonderd. Ik kan een positieschema lezen en invullen en weet in getallen tot 100.000 de waarde van de cijfers in een getal. Ik maak een TD-D-H-T-E schema, daarin zet ik het getal 45.000. Ik kan doortellen en terugtellen met stappen van 100, 1000 en 10.000. Ik tel met sprongen van 1000 > 13.500 – 14.500 – 15.500 – 16.500. Ik kan getallen tot 1.000.000 uitspreken en schrijven. Ik ken de waarde van de cijfers in het getal en kan de getallen plaatsen op een (lege) getallenlijn. Ik weet dat 451.600 iets dichter bij de 500.000 ligt dan bij de 400.000. Ik kan grote getallen van taal omzetten naar cijfers en andersom. Ik kan komma’s en punten gebruiken om het getal te schrijven. Ik hoor het getal vierentachtigduizend vijfhonderdzestig. Ik schrijf op: 84.560. Ik kan getallen tot 1.000.000.000 uitspreken en schrijven. Ik weet de namen van andere hele grote getallen. Ik weet dat een miljoen zes nullen heeft. Je schrijft het zo: 1.000.000. Ik ken vreemde stelsels van getallen. (land van Okt, Romeinse cijfers en Babylonische getallen) Het Romeinse cijfer XVI betekent 16.
I+J Begrip
Tijdens een getaldictee zegt de juf het gesproken getal ‘zeven’, dit schrijf ik op als 7. Ik kan tellen, terugtellen en doortellen vanaf een willekeurig getal tot 20. Ook met stappen van 2 en 5. Ik tel met sprongen van 2 vanaf het getal 8 > 8 – 10 – 12 – 14 – 16 – 18 – 20. Ik kan hoeveelheden (tot 12) in een keer zien zonder te tellen. Als ik met de dobbelstenen gooi, weet ik direct hoeveel ik heb gegooid. Ik kan getallen tot 20 uitspreken en schrijven. Ik kan de getallen plaatsen op de getallenlijn. Ik kan het getal 19 plaatsen op de getallenlijn. Het ligt links naast de 20. Ik ken de even- en oneven getallen. Aan mijn kant van de straat zijn alleen even huisnummers: 12 – 14 – 16 – 18 – 20. Ik kan getallen tot 100, schrijven en uitspreken. Ik ken daarbij de waarde van de cijfers in het getal. De 7 in het getal 78 staat voor 7 tientallen. Ik schrijf het als achtenzeventig. Ik kan de getallen tot 100 plaatsen op een (lege) getallenlijn. Ik weet dat 48 op de getallenlijn tussen de 40 en de 50 ligt. Maar dichter bij de 50. Ik kan getallen tot 1000 schrijven in een schema en uitspreken. Ik ken de waarde van de cijfers in het getal. Ik schrijf het getal 189 in een H-T-E schema. Het getal 9 staat onder de ‘E’. Ik kan getallen tot 1000 plaatsen op een (lege) getallenlijn. Ik weet dat 775 op de getallenlijn precies tussen de 750 een 800 staat. Ik kan doortellen en terugtellen met stappen van 10 en 100 vanaf een willekeurig getal. Ik tel met sprongen van 10 > 516 – 526 – 536 – 546. Ik kan getallen tot 10.000 uitspreken, schrijven en plaatsen op de (lege) getallenlijn. Ik weet dat 5.600 iets dichter bij de 6.000 ligt dan bij de 5.000.
K Begrip L Begrip M Begrip N Begrip O Begrip P Begrip S Begrip R Begrip T Begrip
LDO • REKENEN
Alle domeinen zijn overzichtelijk gerangschikt in de digitale omgeving.
LDO • REKENEN
Digitale omgeving LDO Rekenen bevat een rijke digitale omgeving. Per groep zijn hier alle materialen te vinden die horen bij het thema. Hierdoor heb je alle basismaterialen overzichtelijk bij elkaar om een heel jaar rekenonderwijs in te richten.
Instructie en verwerking Met LDO Rekenen geef je instructies per leerdoel. Op de
weekplanning staat drie keer per week een instructie gepland. Na de instructie hebben de kinderen verschillende verwerkingsvormen om de doelen te oefenen, zoals werkbladen, spel- en beweegactiviteiten, creatieve opdrachten, oefenen met rekenmateriaal of games!
Instructieblad per doel
Ik kan grote getallen van taal omzetten naar cijfers en andersom. Ik kan komma’s en punten gebruiken om het getal te schrijven.
In de digitale omgeving vind je de instructie en alle extra materialen.
Achtergrond Getallen kunnen ook worden uitgedrukt door middel van gesproken of geschreven taal. Bij het uitspreken van de grote getallen gebruiken we soms andere spreektaal om een getal sneller uit te spreken. We ronden een getal als het ware af, denk bijvoorbeeld aan het getal 3,2 miljoen. Bij dit doel leren de kinderen deze gesproken taal te herkennen en om te zetten naar de juiste schrijfwijze van getallen. Ook andersom kun je dit oefenen en aanbieden. Instructie 1. Getallen in de krant Extra materiaal: krant Ga eens op zoek in de krant naar hele grote getallen, of zet een nieuwsbericht op het bord met een groot getal erin: “De kosten van de rondweg zijn beraamd op 17,8 miljoen euro”. Bespreek: - Wat betekent deze zin eigenlijk? - Kunnen kinderen een uitleg geven over hoeveel geld dit is? - Is dit bijvoorbeeld veel als alle personen in Nederland meebetalen? - Kunnen de kinderen in de krant nog meer woorden vinden die met de getallen te maken hebben? - Waarom gebruiken we deze woorden? - Wat betekenen ze? 2. Google Alle kinderen kennen Google als zoekmachine van internet. Maar wat zou google met getallen te maken kunnen hebben? Laat de kinderen allerlei suggesties doen en laat ze daarna dit horen: De internetzoekmachine Google is vernoemd googol. Googol is in de wiskunde een getal met de waarde 10 100 . Dat wordt uitgeschreven als een één met honderd nullen. Larry Page, een van de oprichters van deze zoekmachine, was gefascineerd door wiskunde, en de verwijzing naar het getal googol weerspiegelt zijn missie om alle informatie ter wereld toegankelijk te maken. De naam is uiteindelijk 'Google' geworden als gevolg van een spelfout van Sean Anderson, destijds een studiegenoot van Page, en medebedenker van de naam. Kennen we nog meer wat dit soort benamingen voor getallen? Laat de kinderen dit onderzoeken. Denk aan alle benamingen van het metriek stelsel. Hierdoor krijg je direct een overlap met het domein meten en wegen en ook met hele kleine getallen.
3
Voorjaarskrant
liniaal
veer
kopje koffie
Verwerking op verschillende manieren
1 deciliter 10 centiliter
1 centigram Inzet van rekenmateriaal Bij elk domein zijn boxen met rekenmateriaal verkrijgbaar, zodat je spelenderwijs kunt oefenen met de leerdoelen. Bijvoorbeeld voor het thema meten zijn er kaartspellen voor lengte, inhoud en gewicht. Met 8 spelsuggesties kunnen de kinderenzelfstandig oefenen met maten. Werkbladen voor elk leerdoel Lees hieronder meer over de LDO Rekenwerkbladen. 30 centimeter
Spellen en creatieve activiteiten
Denk aan bewegend leren, buitenlessen, zelfstandige verwerking, maar ook groepsactiviteiten.
Speel deze bingo met 4 dobbelstenen. Leg de dobbelstenen in een volgorde. Rond daarna af op h
onderden.
Mogelijkheden aantal spelers - 4 spelers
Materiaal
- 5 dobbelstenen - Hulpblad ‘Grote getallenbingo – tienduizenden’ - Pen of potlood
Bingo
1100
1200
1300
1400
1500
1600
1700
Beschrijving 1. Iedere speler krijgt een hulpblad ‘Grote getallenbingo – duizenden’ 2. Speler 1 gooit met 4 dobbelstenen. Deze dobbelstenen legt hij in een willekeurige volgorde. De dobbelstenen vormen nu een groot getal. De speler spreekt dit getal hardop uit. 3. Daarna kijkt de speler naar zijn bingokaart. Welk tienduizendtal zit er het dichts in de buurt? Deze wordt afgekruist. 4. Nu mag de volgende speler. 5. De speler die als eerste een hele rij vol heeft roept ‘Bingo!’ 6. Tip: spelers hebben invloed op hun spel, door de dobbelstenen op de juiste positie te positioneren. Variatie - Speel het spel met 5 dobbelstenen. Gebruik dan het hulpblad ‘Grote getallenbingo – tienduizenden’ .
2100
2200
2300
2400
2500
2600
2700
Digitale verwerking
3100
3200
3300
3400
3500
3600
3700
4100
4200
4300
4400
Bij de leerlijn automatiseren horen o.a. leuke rekengames.
4500
4600
4700
5100
5200
5300
5400
5500
5600
5700
6100
6200
6300
6400
6500
6600
6700
Gratis oefenen met automatiseren? Scan de QR code
LDO Rekenenwerkbladen Extra oefenen met meer dan 10.000 werkbladen
De werkbladen van LDO Rekenen, waarmee je extra kan oefenen op elk leerdoel, zijn ook los te bestellen! Zo heb je extra oefenmateriaal altijd binnen handbereik en kan je remediërend inzetten naast je huidige rekenmethode. Met de LDO Rekenwerkbladen kun je zowel de plusleerling als de zwakke leerling uitdagen op zijn of haar niveau.
Wat zijn de LDO Rekenwerkbladen? De LDO Rekenwerkbladen zijn methode overstijgend in te zetten. Het biedt extra oefening voor leerlingen op leerdoel niveau. De LDO Rekenwerkbladen zijn ontwikkeld door Kids Learning in nauwe samenwerking met Stichting Kerndoelwijzer. Voor wie zijn de LDO Rekenwerkbladen? De rekenwerkbladen zijn voor alle leerlingen van groep 1 t/m 8. Het kan ingezet worden als een vast programma in het lesrooster, maar ook als extra oefening of verdieping.
Hoe krijg ik inzicht in de ontwikkeling van de leerlingen?
Elke leerling krijgt een registratiekaart. Op deze kaart staan alle doelen van dat leerjaar. Hierop wordt exact de ontwikkeling bijgehouden waardoor de leerling zelfstandig kan inzien wat de volgende taak wordt. Zonder hulp van de leerkracht kan de leerling verder werken en zich doorontwikkelen. Voor de leerkracht is er ook een registratiekaart, waar de behaalde leerdoelen per leerling aangevinkt kunnen worden.
4
Hoe worden de rekenenwerkbladen toegepast in de klas?
1. Structureel in het weekrooster Naast de rekenmethode kan de werkbladenmap voor extra verdieping en verheldering zorgen. Op een vast moment in het dag- of weekrooster kunnen de leerlingen aan hun persoonlijke leerdoelen werken. De rekenwerkbladen bieden oefenstof voor alle leerlingen: van leerlingen die baat hebben bij extra oefening tot plusleerlingen die extra uitdaging nodig hebben. 2. Extra tijd over? In een klas zitten altijd leerlingen met een razendsnel werktempo. Om deze leerlingen gemotiveerd aan het werk te houden, kunnen ze werken aan hun persoonlijke leerdoelen met behulp van de werkbladen. 3. Huiswerkbladen Extra oefening is altijd goed. De werkbladen kunnen daarom ook als huiswerkbladen mee naar huis gegeven worden. Omdat de leerlingen hun eigen ontwikkeling inzichtelijk hebben, zal de motivatie ook groot zijn om thuis aan de slag te gaan met de persoonlijke ontwikkeling.
“We zetten de LDOmappen vooral remediërend in: als een kind een bepaald doel nog niet heeft behaald, pakken we de werkbladen erbij. Ook als kinderen zelf aan een doel werken en extra willen oefenen om het doel te behalen. De doelenbladen maken het inzichtelijk voor de leerkracht wat er allemaal in zit.” – IKC de Wierde
Waar bestaat het uit? •
Een set van 7 werkmappen voor groep 1 t/m 8 • Een digitale jaarlicentie voor groep 1 t/m 8 inclusief antwoordbladen • Registratiekaarten voor de leerkracht • Registratiekaarten voor de leerling
LDO • REKENEN
LDO Rekenenwerkbladen Artikelnummer: 500210 | Prijs: €925,-
Werkbladen digitaal en in rekenmappen voor groep 1 t/m 8
Nieuwsgierig geworden?
Meer informatie over LDO Rekenen? Scan de QR code
LDO Rekenen, de complete methodiek
Wij geven met plezier een vrijblijvende presentatie over de complete LDO Rekenen methodiek met de aanvullende LDO Rekenwerkbladen. Neem contact met ons op via tel: 0546 55 65 05 of mail naar: info@kidslearning.nl.
Meer informatie over de LDO Rekenwerkbladen? Scan de QR code
LDO Rekenwerkbladen
5
Voorjaarskrant
De Getallentrein
Maak kennis met alle getallen t/m 20
Teun de giraf rijdt met zijn trein door het land van getallen en brengt allerlei goederen langs. Hij helpt graag een handje mee met het laden en lossen en zo maakt hij de leukste avonturen mee! Spelenderwijs maken kinderen kennis met de getallen 1 t/m 20. Er zijn talloze activiteiten te doen met De Getallentrein. Lees hieronder meer.
Thematisch voorleesboek met getallen Elk verhaal bevat een eigen thema. Zo sluit het verhaal bij getal 8 aan bij het thema winter, en het verhaal van getal 14 aan bij de kinderboerderij. Andere thema’s zijn lichaamsdelen, sport, huis, vakantie, voertuigen en nog veel meer. Dit zijn veelvoorkomende thema’s in de onderbouw, dus ideaal om je lopende thema’s te verrijken met rekenactiviteiten.
Oefen met getalbeelden Elk getal wordt in verschillende vormen weergegeven. Zo maken leerlingen kennis met de getalbeelden op alle mogelijke manieren, denk aan het getal zelf, vingerbeelden, dobbelstenen, voorwerpen en het geschreven getal.
Er zijn vier zoek- en telplaten te vinden in het boek.
Rijke digitale omgeving Een rijke digitale omgeving is beschikbaar voor leerkrachten en leerlingen. Lees het verhaal voor aan de hand van de praatplaat, bekijk samen het filmpje, zing het liedje of zoek en tel voorwerpen op de zoekplaat. Voor de kinderen zijn er ook leuke digitale spellen. Kortom, heel veel tools om spelenderwijs kennis te maken met getallen, zowel klassikaal als op individueel niveau.
Jaarlicentie + Prentenboek Artikelnummer: 500680 | Prijs: €250,-
Meer info? Scan de QR code. Liever een vrijblijvende presentatie? info@kidslea ning.nl 0546 55 65 05
Digitale omgeving en Rekenmappen voor groep 1 t/m 8
6
Meer info? Scan de QR code. Liever een vrijblijvende presentatie? info@kidslea ning.nl 0546 55 65 05
De Lettertrein
Digitale omgeving en Rekenmappen voor groep 1 t/m 8
Reis mee door het land van taal
De Lettertrein is een compleet lespakket voor de ontluikende geletterdheid. Op een speelse manier maken zowel peuters als kleuters kennis met letters in elke vorm: letterteken, letterklank, de positie van een letter in een gesproken en geschreven woord en nog veel meer!
Ondersteunend spellenpakket Alle spellen zijn adaptief inzetbaar, zodat kinderen op hun eigen niveau de nieuwe letter kunnen verwerken!
Prentenboek De Lettertrein Leer nieuwe woorden en letters op een speelse manier. Lees samen het prenten- boek en ga op zoek naar alle woorden in de grote praatplaat.
Rijke digitale leeromgeving De omgeving zit boordevol tools als praat- platen, filmpjes, liedjes en spelletjes!
Teun, de machinist van De Lettertrein
16
17
Werken met de Lettertrein De Lettertrein is op verschillende manieren en meerdere malen per week inzetbaar. Hierbij wordt uitgegaan van korte lesactiviteiten van 5 minuten tot een half uur. De Lettertrein past naast elke andere kleutermethode en speelt in op de thema’s in de onderbouw.
De geit knabbelt op de gum van Guusje. Als de geit moet gapen , ziet boer Gijs een groot gat in het gebit van zijn geit! Die tand is vast uitgegumd, zegt Guusje. Boer Gijs vindt het grappig. Hij kijkt naar de tekening van Guusje. Dat lijkt wel een geit met een gitaar op een glijbaan, lacht boer Gijs. Maar dat kan toch niet? Jawel, in mijn tekening kan alles! zegt Guusje. Ook de gans van boer Gijs moet hard lachen om die gekke geit.
gitaar
g lijbaan
gebit
gapen
Lespakket De Lettertrein Artikelnummer: 500150 | Prijs: €1.350,-
gat
gum geel
gans
gras r
g eld
geit
groen
Tip: Thema kinderboerderij? Behandel de letter G!
7
Voorjaarskrant
TopOntdekkers
Ontdekkend en onderzoekend leren
TopOntdekkers is een thematische zaakvakmethode voor de groepen 1 t/m 8. Leerlingen leren zichzelf kennen en ontdekken de wereld. Door thematisch onderwijs te combineren met leuke werkvormen komen de leerlingen tot nieuwe inzichten en ontwikkelen ze nieuwe vaardigheden. TopOntdekkers is gebaseerd op:
• Geïntegreerd zaakvakonderwijs • Ontdekkend en onderzoekend leren • Thematisch concentrisch werken
• Meervoudige intelligentie • 21 e eeuwse vaardigheden • Planning en reflectiegesprekken
• Product- en procesbeoordeling • Doorlopende leerlijn • Kindvriendelijke informatiebronnen
Doorlopende leerlijnen Het bevat doorlopende leerlijnen van groep 1 t/m 8, maar is ook vanaf groep 3 of groep 5 in te zetten. Dat wordt bepaald door de visie van de school. Elke twee jaargroepen kent 12 overeenkomstige thema’s. Per schooljaar worden er 6 thema’s aangeboden, dus elke twee jaar keren de thema’s terug. Hierdoor kunnen de kinderen zich verdiepen in de thema’s. Deze thema’s bevatten onderwerpen uit de vakken geschiedenis, aardrijkskunde, natuur en techniek.
Werkwijze Elk thema bevat 15 opdrachtkaarten waarbij de ontwikkeling van de vaardigheden centraal staat. De informatie en kennis die nodig is om de opdrachten te maken zijn een middel om deze vaardigheden te ontwikkelen. De kinderen werken gedurende vijf weken in groepjes, tweetallen of indivueel aan één van de vele leuke verwerkingen. In de laatste week is ruimte om een kleinschalig onderzoek op te zetten en om de eindproducten te presenteren.
Elk thema heeft een eigen map met opdrachtkaarten.
Thema’s van TopOntdekkers
Schooljaar 1
Schooljaar 2
1: Vakantie en verkeer
7: Vriendschap en cultuur
2: Huis en thuis
8: Voeding en sport
3: School en werk
9: Natuur en seizoenen
4: Vroeger en nu
10: Mens en lichaam
5: Boerderij
11: Techniek en wetenschap
6: Beestenbende
12: Nederland en de wereld
Een voorbeeld van een doorlopende leerlijn binnen thema 10: Mens en lichaam.
Groep 7/8
Groep 5/6
De kinderen leren over meer specifiekere onderwerpen als de hartslag, het reflex, het oog en het veranderende lichaam in de puberteit. Maar ook onderwerpen als stress en donor zijn komen aan bod.
Groep 3/4
Groep 1/2
Er zijn verschillende verdiepende kaarten te vinden over het menselijk lichaam, zoals spieren, organen, zintuigen en het geniale brein.
De kinderen tekenen hun lichaam en categoriseren lichaamsdelen in zintuigen, organen, spieren etc. in de vorm van een kwartet.
De kinderen ontdekken welke lichaamsdelen ze hebben en hoe ze heten. Dit doen ze op een speelse manier.
8
Onderdelen van TopOntdekkers
Opdrachtkaarten groep 1 t/m 4 TopOntdekkers 1/2 en 3/4 heeft een volledig leerkrachtgestuurde manier van werken. De leerkracht introduceert de kaart, waarna de leerlingen gaan werken met opdracht A en opdracht B.
Opdrachtkaarten groep 5 t/m 8 Bij de groepen 5 t/m 8 gaan de leerlingen zelfstandig aan de slag met de opdrachtkaarten. Ze kiezen een opdrachtkaart uit en maken de verwerking. Hierbij is de leerkracht de coach.
Kamperen Thema 1 Vakantie en verkeer | Kaart 2
5/6 Groep
Europese steden Thema 1 Vakantie en verkeer | Kaart 4
3/4 Groep
Sleutelwoorden
Lars en Lotte gaan op vakantie. Ze gaan voor het eerst kamperen! Papa en mama zoeken op internet een mooie camping. "Wauw, op deze camping is ook een groot zwembad." zegt Lars. Dat lijken papa en mama ook wel wat! Samen kijken ze of er op die camping nog een plekje vrij is voor de tent. Opdracht B
5/6 Groep
Europese steden Thema 1 Vakantie en verkeer | Kaart 4
Camping Kamperen Staanplaatsen Tent en tentdoek
Doelen
Plattegrond maken - Groepjes
Opdracht B
Tentstokken Scheerlijnen Caravan Stacaravan Camper Huisje Doucheruimte Overnachten
5/6 Groep
Inleiding
Europese steden Thema 1 Vakantie en verkeer | Kaart 4
Heb jij weleens gekampeerd? Vond je het leuk?
1 Laat een plattegrond of folder zien van een camping. Vraag wat er allemaal op een camping te vinden is, zoals een toiletgebouw, een zwembad en een speeltuin. Schrijf dit op het bord. Plattegrond maken - Groepjes 2 Vertel dat de leerlingen in groepjes een eigen plattegrond van een camping gaan maken.
Doelen
Ik weet hoe je overnacht op een camping.
Opdracht
"Mijn ouders gaan dit weekend naar Parijs," zegt Lars tegen Lotte. "Dan gaan ze naar de stad van de liefde!" zegt Lotte. "Waarom is dat de stad van de liefde?" vraagt Lars. Lotte weet het niet. "Misschien omdat het een romantische stad is? Met mooie gebouwen?" zegt Lotte. "Oh, ik ken nog wel meer steden met mooie gebouwen."
Ik kan aan anderen mijn ervaringen vertellen.
3 De leerlingen gaan in groepjes overleggen wat er allemaal op hun camping komt en waar het komt te staan. Daarna worden de taken verdeeld. Op een groot vel papier krijgt elke leerling een eigen deel om te tekenen. 1 Laat een plattegrond of folder zien van een camping. Vraag wat er allemaal op een camping te vinden is, zoals een toiletgebouw, een zwembad en een speeltuin. Schrijf dit op het bord.
Ik weet hoe je overnacht op een camping.
Opdracht
Ik weet de betekenis van de sleutelwoorden.
Muurkrant maken - Groepjes Maak eerst de planning in het werkschrift. Muurkrant maken - Groepjes Maak eerst de planning in het werkschrift.
Wat vind jij een mooie stad in Nederland? Waarom? Wat vind jij een mooie stad in Europa? Waarom?
4 De leerlingen presenteren de plattegrond van de camping aan elkaar.
2 Vertel dat de leerlingen in groepjes een eigen plattegrond van een camping gaan maken.
Opdracht A
Ik kan aan anderen mijn ervaringen vertellen.
Materialen
Klassengesprek - Klassikaal
3 De leerlingen gaan in groepjes overleggen wat er allemaal op hun camping komt en waar het komt te staan. Daarna worden de taken verdeeld. Op een groot vel papier krijgt elke leerling een eigen deel om te tekenen.
Werkschrift Internet Atlas Groot vel papier Pennen, potloden en stiften Schaar Lijm Hulpkaart: Muurkrant © Kids Learning BV - Nadruk is in iedere vorm verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. 3 Kies nu allemaal twee steden uit. Zoek hier informatie over. Bijvoorbeeld: - In welk land ligt de stad? - Welke taal wordt er gesproken? - Welke gebouwen en bezienswaardigheden zijn er? - Wat is de geschiedenis van deze stad? 4 Pak een groot vel papier. Maak een muurkrant over mooie Europese steden. Op de muurkrant staat: - Informatie over de steden. - Afbeeldingen van bezienswaardigheden en gebouwen. - Kaart van Europa. Teken daar alle steden op. Extra opdracht Kies één stad van je muurkrant. Maak hier een ansichtkaart van. Zoek op wat er allemaal op een ansichtkaart hoort te staan. Teken de afbeeldingen zelf. 3 Kies nu allemaal twee steden uit. Zoek hier informatie over. Bijvoorbeeld: - In welk la ligt d stad? - Welke taal wordt er gesproken? - Welke gebouwen en beziensw ar igheden zijn er? - Wat is de geschiedenis van deze stad? 4 Pak een groot vel papier. Maak een muurkrant over mooie Europese steden. Op de muurkrant staat: - Informatie over de steden. - Afbeeldingen van bezienswaardigheden en gebouwen. - Kaart van Europa. Teken daar alle steden op. Extra opdracht Kies één stad van je muurkrant. Maak hier een ansichtkaart van. Zoek op wat er allemaal op een ansichtkaart hoort te staan. Teken de afbeeldingen zelf. 2 Zoek samen naar meer mooie steden in Nederland en Europa. Maak hier een lijst van. 1 Bespreek met elkaar: - Wat is een mooie stad in Nederland? Waarom? - Wat is een mooie stad in Europa? Waarom? Schrijf dit in een woordweb. Gebruik hiervoor stap 1 van het werkschrift. 1 Bespreek met elka r: - Wat is een mooie stad in Nederland? Waarom? - Wat is een mooie stad in Europa? Waarom? Schrijf dit in een woordweb. Gebruik hiervoor stap 1 van het werkschrift. 2 Zoek samen naar meer mooie steden in Nederland en Europa. Maak hier een lijst van.
1 Introduceer de kaart met een tent in de klas. Laat de tent nog in de zak zitten. De leerlingen mogen raden wat er in de zak zit.
Sleutelwoorden
Materialen
Pop-up tentje of koepeltentje Filmpje 'Kamperen' Plattegrond of folder van een camping Grote vellen papier Tekenmateriaal
Ik weet de betekenis van de sleutelwoorden.
2 Kijk samen wat er in de zak zit en bespreek elk voorwerp. - Waar zal het voor zijn? - Op welke plek in de tent hoort dit? - Met welk voorwerp moeten we beginnen? En dan...?
Nederland Europa Steden Hoofdsteden Gebouwen Bezienswaardigheden Geschiedenis
4 De leerlingen presenteren de plattegrond van de camping aan elkaar.
3 Laat een groepje leerlingen de tent opzetten. Stimuleer het overleg-proces. De andere leerlingen mogen tips geven vanaf de zijkant.
Kies een leuke opdracht.
Extra opdracht
1 3D tent maken - Tweetallen Maak van stof en satéprikkers een minitent. Richt de tent van binnen in met geknutselde spullen. Zet er bijvoorbeeld een bed neer. De tent is dan een soort kijkdoos. 2 Plattegrond van caravan maken - Individueel Een caravan is een klein huisje op wielen. Maak een plattegrond van de binnenkant van een caravan. Daarin zet je de ruimtes om te slapen, te koken, te eten en om te douchen.
4 Bekijk het filmpje 'Kamperen'. Begin een klassengesprek: - Wie heeft er weleens gekampeerd? - Hoe vond je dat?
3 Woordzoeker maken - Individueel Maak zelf een woordzoeker van alle sleutelwoorden.
© Kids Learning BV - Nadruk is in iedere vorm verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Kies een leuke opdracht.
Extra opdracht
1 3D tent maken - Tweetallen Maak van stof en satéprikkers een minitent. Richt de tent van binnen in met geknutselde spullen. Zet er bijvoorbeeld een bed neer. De tent is dan een soort kijkdoos. 2 Plattegrond van caravan maken - Individueel Een caravan is een klein huisje op wielen. Maak een plattegrond van de binnenkant van een caravan. Daarin zet je de ruimtes om te slapen, te koken, te eten en om te douchen. Hulpkaarten Elke opdrachtkaart van groep 5 t/m 8 kent een eigen verwerking. Denk aan een filmpje, lapbook of een enquête. Stap voor stap staat beschreven hoe het product tot stand komt. Er is ook een checklist, waarin de randvoorwaarden voor het eindproduct staan beschreven. Wat zijn de vereisten voor een werkstuk in groep 5? En in groep 8? Dat vind je op de hulpkaart! 3 Woordzoeker maken - Individueel Maak zelf een woordzoeker van alle sleutelwoorden.
Doelenkaarten Bij elke opdrachtkaart van groep 5 t/m 8 hoort een doelenkaart. Hierop staan leerdoelen en vaardigheden. Deze leerdoelen gaan over de kennis die de leerlingen ten minste moeten hebben opgedaan na het behandelen van een opdrachtkaart. Deze kan de leerling en/of de leerkracht gebruiken bij de evaluatie. Ook lees je wat de vijf belangrijkste vaardigheden bij de opdracht zijn.
© Kids Learning BV - Nadruk is in iedere vorm verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
© Kids Learning BV - Nadruk is in iedere vorm verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
5/6 Groep
Wat is een lapbook? Een lapbook is een gevouwen mapje met een verzameling van mini-boekjes, klepjes en ander
Hulpkaart | Lapbook
gevouwen materiaal. Daarin staan tekeningen, verhalen, diagrammen, (chronologische) informatie en nog veel meer. Hulpkaart | Lapbook
5/6 Groep
Stappenplan
Lapbook vouwen 1 Pak een groot vel gekleurd papier.
Vormgeving 1 Vouw alle vouwblaadjes in verschillende manieren,
zodat je het kunt openvouwen. Checklist
Materialen
2 Vouw het papier tot een map. Bijvoorbeeld met twee kleine flapjes die opengaan. 3 Zet op de voorkant een afbeelding, een duidelijke titel, jullie namen en de groep.
2 Bedenk goed hoe je alles wilt opplakken. Jij bepaalt zelf de indeling.
Hier moet je lapbook aan voldoen: Op de voorkant staat een afbeelding, de titel, jullie namen en de groep.
Groot vel papier (A3 of groter) Gekleurde vouwblaadjes Pennen, potloden en stiften Schaar Lijm Computer
☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐ ☐
3 Zorg dat alle ruimte op het lapbook goed benut is.
4 Aan de binnenkant van de map komt alle informatie te staan.
Informatie is verwerkt in ten minste één schema of tijdlijn.
4 Denk na over de kleuren. Zorg dat ze passen bij het onderwerp.
De vouwblaadjes zijn creatief verwerkt, er zijn ten minste twee verschillende vouwtechnieken gebruikt.
Informatie 1 Verdeel je onderwerp in kleine onderwerpen.
5 Versier de buitenkant en binnenkant van het lapbook.
Er staat ten minste één tekening in.
2 Zoek informatie voor elk deelonderwerp.
De tekst is geschreven in eigen woorden.
3 Verwerk de informatie in schema's of tijdlijnen. Dit kan op vouwblaadjes.
Kleuren en vormen die aansluiten bij het onderwerp.
4 Schrijf korte stukjes informatie op vouwblaadjes.
Alle ruimte op het lapbook is goed benut.
Alle punten van de opdrachtkaart zitten erin.
5 Maak zelf tekeningen voor extra verduidelijking van het onderwerp.
Je kunt de betekenis van de sleutelwoorden uitleggen in eigen woorden.
6 Je mag ook afbeeldingen of foto's toevoegen.
De zinnen bevatten hoofdletters en punten.
© Kids Learning BV - Nadruk is in iedere vorm verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Alle thema’s en onderwerpen zijn overzichtelijk weergegeven in de digitale omgeving.
Digitale leeromgeving TopOntdekkers bevat een rijke digitale leeromgeving. Hierin zijn de volgende onderdelen verwerkt:
• • • •
Opdrachtkaarten Doelenkaarten
• • •
Artikelen
Hulpkaarten
Werkbladen
Kindvriendelijke digitale bronnen
Video’s
9
Voorjaarskrant
Onderdelen van TopOntdekkers
1. Planning In het werkschrift houden de leerlingen bij welke kaart ze maken, welke leerdoelen ze voor zichzelf stellen en welke planning gehanteerd wordt. Voornamelijk tijdens het samenwerken leidt een duidelijke taakverdeling en planning het proces in goede banen. 2. Onderzoek Binnen het thema zoeken leerlingen in tweetallen of groepjes naar een onderwerp waar ze een onderzoek naar willen gaan doen. Het stappenplan dat opgenomen is in het werkschrift zorgt ervoor dat een leerling zonder uitgebreide onderzoeksvaardigheden een cyclus kan doorlopen. Werkschrift Om de keuzevrijheid en de ontwikkeling van de vaardigheden te managen wordt er in groep 5/6 en 7/8 gebruik gemaakt van het werkschrift. Bij elk thema wordt het werkschrift op drie onderdelen ingezet: Informatiebronnen Informatie zoeken is één van de fundamenten van TopOntdekkers, daarom bieden we het volgende: 1. Kindvriendelijke zoekmachine Een uitgebreide kindvriendelijke zoekmachine waar eenvoudig gezocht kan worden op trefwoorden. 2. Online lezen Digitale informatieboekjes voor de hele school. Per thema vind je eenvoudig geschikte boekjes voor het maken van de opdracht.
3. Reflectie TopOntdekkers richt zich vanuit haar visie meer op een proces- beoordeling en een beoordeling op vaardigheden. Door hier steeds na elk thema op te reflecteren, krijgen de leerlingen inzicht in hun eigen ontwikkeling en kunnen ze deze sturen door nieuwe doelen te stellen.
3. Boekenpakket Een boekenpakket dat aansluit op de thema’s binnen de methode voor alle groepen.
Toetsing Toetsing en evaluatie kan bij TopOntdekkers op verschillende manieren. Met de doelenkaart kun je de opgedane kennis ondervragen, en met de hulpkaart kun je het eindproduct beoordelen. Mocht je ook kennis willen toetsen, dan zijn er bij elke opdrachtkaart digitale toetsen te vinden.
Reflectie De reflectiemodule sluit aan op de reflectievragen die de kinderen hebben ingevuld in hun werkschrift. Deze module maakt het mogelijk om reflectiegesprekken te voeren tussen leerkracht en leerling en de ontwikkelingen hiervan digitaal vast te leggen. Er ontstaat dan een reflectieportfolio met een ontwikkelingscurve die verschillende vaardigheden en competenties zoals samenwerken, zelfredzaamheid en goed plannen inzichtelijk maakt.
10
In de praktijk
Kamperen Thema 1 Vakantie en verkeer | Kaart 2
3/4 Groep
Lars en Lotte gaan op vakantie. Ze gaan voor het eerst kamperen! Papa en mama zoeken op internet een mooie camping. "Wauw, op deze camping is ook een groot zwembad." zegt Lars. Dat lijken papa en mama ook wel wat! Samen kijken ze of er op die camping nog een plekje vrij is voor de tent.
Sleutelwoorden
Camping Kamperen Staanplaatsen Tent en tentdoek
Groep 1 t/m 4 Tijdsinvestering: 2 x 1 uur per week.
Heb jij weleens gekampeerd? Vond je het leuk?
Auto, bus of boot? Thema 1 Vakantie en verkeer | Kaart 1
Tentstokken Scheerlijnen Caravan Stacaravan Camper Huisje Doucheruimte Overnachten
1/2 Groep
"Vandaag begint de school weer!" roept Lotte. Samen met Lars rent ze over het schoolplein naar binnen. "Welkom in groep 2." zegt juf Sara. Lotte geeft juf Sara een hand en gaat in de kring zitten. "Hoe was jullie vakantie?" vraagt juf Sara. Lars vertelt dat hij voor het eerst met het vliegtuig is geweest.
Sleutelwoorden
Vakantie Voertuig Auto Vliegtuig Fiets Bus
Opdracht A
"Het was wel drie uur vliegen." zegt Lars. "Ik zat drie uur in de auto." zegt Lotte. "Dan waren we dus op dezelfde plek." zegt Lars.
Klassengesprek - Klassikaal
Materialen
1 Introduceer de kaart met een tent in de klas. Laat de tent nog in de zak zitten. De leerlingen mogen raden wat er in de zak zit.
Trein Boot
Wat denk jij? Waren Lotte en Lars op dezelfde plek?
2 Kijk samen wat er in de zak zit en bespreek elk voorwerp. - Waar zal het voor zijn? - Op welke plek in de tent hoort dit? - Met welk voorwerp moeten we beginnen? En dan...?
Pop-up tentje of koepeltentje Filmpje 'Kamperen' Plattegrond of folder van een camping Grote vellen papier Tekenmateriaal
3 Laat een groepje leerlingen de tent opzetten. Stimuleer het overleg-proces. De andere leerlingen mogen tips geven vanaf de zijkant.
Opdracht A
4 Bekijk het filmpje 'Kamperen'. Begin een klassengesprek: - Wie heeft er weleens gekampeerd? - Hoe vond je dat?
Kringgesprek - Klassikaal
Materialen
1 Introduceer het thema door het bovenstaande verhaaltje voor te lezen. Vraag aan de klas: - Waren Lotte en Lars op dezelfde plek? - Waarom wel? Waarom niet?
- Waar zou Lotte op vakantie zijn geweest? - Waar zou Lars op vakantie zijn geweest?
Knipblad 'Voertuigen'
Week 1 t/m 5: Opdrachtkaarten
2 Verdeel de klas in tweetallen. In vijf minuten vertellen de leerlingen tegen hun maatje waar ze op vakantie zijn geweest en met welk voertuig. 3 Na vijf minuten gaan alle leerlingen weer in de kring zitten. Om de beurt vertellen de leerlingen in één zin waar hun maatje op vakantie is geweest en met welk voertuig. Hebben ze goed opgelet?
Werkwijze:
Introductie van het nieuwe thema met de hele school of klas. Week 1: Introductie
• • •
Leerkracht kiest een kaart. Opdracht A klassikaal.
Week 6: Afsluiting
Opdracht B doet de leerling alleen, in tweetallen of in groepjes.
Kijkmiddag waarbij leerlingen hun eindproducten tentoonstellen en toelichten.
• Leerling kiest, indien er tijd over is, één extra opdracht naar keuze die aansluit op eigen leervoorkeuren.
5/6 Groep
Vlieg op! Thema 1 Vakantie en verkeer | Kaart 1
Inleiding
Lars en Lotte gaan op vakantie naar Spanje. Ze hebben er erg veel zin in. "Maar pap, moeten we dat hele lange stuk in de auto zitten?" vraagt Lars. "Nee," zegt papa, "we hoeven alleen maar met de auto naar Schiphol. Vanaf daar gaan we met het vliegtuig, dan zijn we veel sneller in Spanje!" Nu hebben Lars en Lotte helemaal zin in de vakantie. Ze kunnen haast niet meer wachten!
Groep 5 t/m 8 Tijdsinvestering: 3 x 1 uur of 2 x 1,5 uur per week.
7/8 Groep
Ben jij weleens op Schiphol geweest? Wat weet je daar nog van?
Het perfecte eiland Thema 1 Vakantie en verkeer | Kaart 1
Inleiding
Sleutelwoorden
Materialen
Stel je eens voor: Het perfecte vakantie eiland. Wuivende palmen, een zonnig strand… Misschien een besneeuwde bergtop om vanaf te snowboarden. Iedereen heeft verschillende wensen voor de vakantie. Jullie gaan een eiland ontwerpen waar iedereen naartoe zou willen op vakantie. Of je nou van sneeuw of van zon houdt!
Schiphol Vliegveld Incheckbalie Douane Gate Vertrekhal Bagage Handbagage Bagagehal Paspoort Identiteitskaart
Werkschrift Internet Informatieve boeken Pen Hulpkaart: PowerPoint presentatie
Hoe ziet jouw perfecte vakantiebestemming eruit?
Sleutelwoorden
Materialen
Eiland Vakantie Omgeving Natuur Activiteiten Kaart Legenda Schaal
Werkschrift Papier Groot vel papier Pennen, potloden en stiften Hulpkaart: Enquête
Week 1: Introductie
Week 1 t/m 5: Opdrachtkaarten
Introductie van het nieuwe thema met de hele school of klas.
Klein en meetbaar onderzoek van twee lessen over een zelfgekozen onderwerp binnen het thema. Week 6: Onderzoek & afsluiting
Keuzevrijheid en eigenaarschap staan centraal.
Formuleren van persoonlijke doelen op:
Werkwijze:
• • •
De leerling kiest een kaart. De leerling vult de planning in. De leerling voert de opdracht uit.
Nieuw onderwerp Wat wil ik leren? Vaardigheden Wat wil ik bereiken?
•
Leerlingen presenteren één van hun eindproducten aan de klas.
•
Evaluatie en reflectie n.a.v. persoonlijke doelen.
Vraag een zichtzending aan en probeer het uit!
Extra modules TopOntdekkers kun je samenstellen naar de wensen en de visie van de school. Het basispakket 1 t/m 8 dekt alle kerndoelen voor het zaakvakonderwijs. Wil je als school extra aandacht bieden aan geschiedenis? Lees dan alles over TopCanon op pagina 12. Wil je verdiepen op techniek? Dat kan met TopTechneut, zie pagina 13.
Meer info? Scan de QR code. Liever een vrijblijvende presentatie? info@kidslea ning.nl 0546 55 65 05
Digitale omgeving en Rekenmappen voor groep 1 t/m 8
11
Voorjaarskrant
Sluit aan op de Canon van Nederland! Behandel de 50 belangrijkste onderwerpen van de Nederlandse geschiedenis.
TopCanon Dé geschiedenismodule voor groep 5 t/m 8 TopCanon
TopCanon is een module voor groep 5 t/m 8 om naast TopOntdekkers of een andere thematische zaakvakmethode extra aandacht te geven aan geschiedenis.
Werkwijze in het kort: •
De leerling kiest een kaart
• De verwerking per kaart duurt 1 á 2 lessen • De verwerking van elke opdracht wordt in het TopCanon doeboek gedaan
•
De leerling werkt zelfstandig of in tweetallen
5/8 Groep
38. Anne Frank 1929 - 1945 | Tijd van wereldoorlogen
Inleiding
5/8 Groep 5/8 Groep
38. Anne Frank 1929 - 1945 | Tijd van wereldoorlogen
Anne Frank is een joods meisje. Voor de Tweede Wereldoorlog begon, is zij met haar ouders uit Duitsland naar Nederland gevlucht. In de oorlog moest de familie Frank onderduiken en ze verstopten zich in een huis in Amsterdam. Ze zaten in een geheime ruimte, oftewel het Achterhuis. Je kon alleen bij deze ruimte komen als je een boekenkast aan de kant schoof. Uiteindelijk is de familie Frank verraden en ontdekt door Duitse soldaten.
38. Anne Frank 1929 - 1945 | Tijd van wereldoorlogen
Hoe liep het af met Anne en haar Familie?
Opdracht
Sleutelwoorden
Materialen
Opdracht
TopCanon doeboek Informatie uit boeken, websites en filmpjes Pennen, potloden en stiften
Tijd van wereldoorlogen Tweede Wereldoorlog Anne Frank Margot Frank
Stripverhaal maken
Stripverhaal make
1 Lees de inleiding. Anne hield tijdens het onderduiken een dagboek bij. Dat dagboek is na de oorlog gevonden en uitgegeven. Daarom weten we zoveel over het leven van Anne en haar familie.
Otto Frank Edith Frank Miep Gies Achterhuis Dagboek Jodenvervolging Concentratiekamp Auschwitz Westenbork
2 Zoek informatie over het leven van Anne en haar familie. - Waarom ging de familie onderduiken? - Wie hielp de familie Frank? - Hoe deed ze dat? - Hoe liep het af met de familie? 1 Lees de inleiding. Anne hield tijdens het onderduiken een dagboek bij. Dat dagboek is na de oorlog gevonden n uitgegeven. Daarom weten we zoveel over het leven van Anne en haar familie.
3 Pak je TopCanon doeboek. Maak een stripverhaal over Anne Frank. Je mag zelf weten of het stripverhaal gaat over haar hele leven of een deel van haar leven. 2 Zoek informatie over het leven van Anne en haar familie. - Waarom ging de familie onderduiken? - Wie hielp de familie Frank? - Hoe deed z dat? - Hoe liep het af met de familie? 4 Laat in het stripverhaal duidelijk naar voren komen: - Wanneer het zich afspeelt. - Waar het zich afspeelt. - Wie erbij betrokken is.
Extra opdracht Ook mensen die zich tegen de Duitsers verzetten, werden opgepakt en in een kamp gezet. - Zoek namen van mensen die zijn opgepakt. - Schrijf op op welke manier zij zich tegen de Duitsers hebben verzet. 3 Pak je TopCanon doeboek. Maak een stripverhaal over Anne Frank. Je mag zelf weten of het stripverhaal gaat over haar hele leven of een deel van haar leven.
4 Laat in het stripverhaal duidelijk naar voren komen: - Wanneer het zich afspeelt.
- Waar het zich afspeelt. - Wie erbij betrokken is.
© Kids Learning BV - Nadruk is in iedere vorm verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
TopCanon Map Alle 50 onderwerpen binnen TopCanon hebben een eigen opdrachtkaart die zelfstandig door de leerling gedaan kan worden. Deze opdrachtkaarten zitten in een mappenset die handig gesorteerd zijn per tijdvak. Extra opdracht Ook mensen die zich tegen de Duitsers verzetten, werden opgepakt en in een kamp gezet. - Zoek namen van mensen die zijn opgepakt. - Schrijf op op welke manier zij zich tegen de Duitsers hebben verzet.
TopCanon doeboek Elke keer wanneer de leerling een kaart kiest, maakt hij/zij de verwerking in het doeboek. De ene keer is dat een mindmap, de andere keer een collage. Hier wordt van groep 5 t/m groep 8 in gewerkt zodat het een geschiedenis-portfolio wordt.
TopCanon - Digitale omgeving Bij TopCanon zit een rijke digitale omgeving. Hierin zijn alle opdrachtkaarten digitaal te openen. Ook zijn hier doelenkaarten, filmpjes, gefilterde internetbronnen en afbeeldingen te vinden. Deze bronnen zijn nodig om de opdrachten te kunnen maken.
© Kids Learning BV - Nadruk is in iedere vorm verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Artikelnummer: 500587 Prijs: €115,-
Artikelnummer: 500671 Prijs (set 25 stuks): € 185,-
Artikelnummer: 500638 Prijs jaarlicentie: €75,-
De Eerste ereldoorlog 35 Mar a Klompé 43
Koning Willem I 28
Eise Eisinga 24
VOC en WIC 14
De Romeinse Limes 3 Willibrord 4 Hebban olla vogala 6 Erasmus 10
TopCanon Tijdlijn Een overzichtelijke tijdlijn op schaal waarin alle tijdvakken duidelijk te zien zijn. Onder elk tijdvak staan nummers, deze komen overeen met de nummers van de opdrachtkaarten. Bij elke afgeronde kaart wordt er klassikaal een sticker geplakt op de tijdlijn. Zo groeit de tijdlijn met de klas mee, van groep 5 t/m 8. Om de tijdlijn op te hangen in de klas is er een ophangsysteem beschikbaar.
Trijntje 1
TopCanon Tijdlijn Artikelnummer: 500590 | Prijs: €37,50 TopCanon Tijdlijn - Ophangsysteem Artikelnummer: 500593 | Prijs: €75,-
Digitale omgeving en Rekenmappen voor groep 1 t/m 8 Meer info? Scan de QR code. of neem contact op met ons: info@kidslea ning.nl 0546 55 65 05
12
TopTechneut Techniek op school van groep 1 t/m 8
Digitale omgeving en Rekenmappen voor groep 1 t/m 8 Meer info? Scan de QR code. of neem contact op met ons: info@kidslea ning.nl 0546 55 65 05
Ontdek techniek
Een techniek module voor de groepen 1 t/m 8 om extra aandacht te geven aan techniek en wetenschap. Ideaal voor plusklassen, of als verbreding van de knutselles of extra verdieping op techniek!
Werkwijze Bij elke dubbele jaargroep zijn er 15 opdrachtkaarten beschikbaar. Per jaar worden er 7 á 8 opdrachtkaarten behandeld. Op elke opdrachtkaart staan meerdere opdrachten, zodat de kinderen op verschillende manieren kunnen oefenen met de techniek. Inzetbaarheid per groep In de groepen 1 t/m 4 kiest de leerkracht een opdrachtkaart en doet dit samen met de leerlingen. In de groepen 5 t/m 8 kunnen de leerlingen zelf een opdrachtkaart kiezen, lezen en uitvoeren. Maar ook hier kan er gekozen worden voor een leerkracht gestuurde les. Voor elke groep zijn er uitdagende opdrachtkaarten, die eenvoudig inzetbaar zijn. De onderwerpen zijn erg uiteenlopend zodat elke techniekles uniek is. Denk aan onderwerpen als magnetisme, geluid, luchtdruk, elektriciteit en nog veel meer. De onderwerpen uit de onderbouw keren regelmatig terug in de hogere groepen, maar dan met een moeilijkere techniek.
TopTechneut - Digitale omgeving Artikelnummer: 500644 | Prijs jaarlicentie: €85,-
TopTechneut Mappenset Artikelnummer: 500605 | Prijs: €365,-
3/4 Groep
5. Stroomkring Opdrachtkaart
Opdrachten
Experimenteren met twee lampjes - Tweetallen - 1 les 1 Laat de tweetallen experimenteren hoe ze een stroomkring met twee lampjes moeten maken.
3/4 Gro p
5. Stroomkring Opd achtkaart
2 Waarschijnlijk maken ze de stroomkring B1 van de hulpkaart. Test samen wat er gebeurt als je een lampje losdraait.
3 Help de leerlingen bij het maken van stroomkring B2. Test hier ook wat er gebeurt als je een lampje losdraait.
Onderzoekje naar stroomgeleiders - Groepjes - 1 les 1 Ga met een groepje leerlingen om een tafel zitten. Maak de schakeling van tekening C.
Vandaag gaat de les over licht en elektriciteit. Juf heeft alle onderdelen om een lampje aan te sluiten op de tafel gelegd. "Heeft iemand een idee hoe je dit lampje kan laten branden?" vraagt juf aan de kinderen terwijl ze het lampje omhoog houdt. Lars loopt naar de tafel en bekijkt alle materialen. Hij ziet een fitting, stroomdraden met klemmetjes en een batterij. "Ik denk dat je het lampje in de fitting moet draaien." zegt Lars en draait het lampje in de fitting. Er gebeurt nog niets.
Sleutelwoorden
Stroomkring Schakeling Fitting Elektriciteit Geleiden Stroom Licht
2 Houd de klemmetjes tegen elkaar en laat zien dat het lampje gaat branden. Vertel dat het metaal van de klemmetjes de stroom doorgeeft, zodat de stroomkring rond gaat.
3 Laat de leerlingen onderzoeken door welk materiaal wel stroom gaat en waardoor niet. Denk aan papier, een schaar (het deel waar je mee knipt), een potlood, aluminiumfolie, je tafel en de tafelpoot.
Hebben jullie een idee hoe je het lampje kunt laten branden?
4 Bespreek welk materiaal goed stroom doorlaat. Wat kunnen jullie concluderen?
Lichtschakelaar maken - Groepjes - 1 les 1 Leg eerst de beginsituatie klaar zoals op tekening C van de hulpkaart is afgebeeld.
Materialen
Basistechniek
2 Maak samen een lichtschakelaar van een wasknijper. Bespreek en probeer met elkaar hoe dit zou kunnen. Probeer de twee opties, zie de tekening D1 en D2 op de hulpkaart. Bespreek de voor- en nadelen.
Lampje laten branden - Tweetallen - 1 les 1 Lees het verhaaltje uit de inleiding voor. Laat tegelijkertijd een lampje, fitting, stroomdraden met klemmetjes en een batterij zien. 2 Ga met de leerlingen in gesprek en probeer samen het lampje te laten branden. Stel vragen als: - Wat loopt er door de draden? (elektriciteit vanuit de batterij) - Wat gebeurt er als en kring onderbroken wordt? (dan brandt er geen lampje)
Hulpkaart Lampjes Fittingen Stroomdraden met klemmetjes
Platte batterijen Piepschuimplaat Spijkers Hamer Voorwerpen voor het
© Kids Learning BV - Nadruk is in iedere vorm verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
3 Laat klassikaal zien hoe je het lampje laat branden. Volg de stappen op de hulpkaart en bekijk tekening A.
4 Laat de leerlingen in tweetallen een stroomkring maken.
onderzoekje Wasknijpers
TopTechneut bestaat uit vier mappen met opdrachtkaarten en een digitale omgeving.
13
Voorjaarskrant
Made with FlippingBook Ebook Creator